Bij het bewerken van hout is niet alleen een goede accuboormachine of zaagtafel van belang, ook een schuurmachine is een vrijwel onmisbaar attribuut. Schuurmachines zijn er in diverse vormen. De meest bekende zijn de vlakschuurmachine, bandschuurmachine en hoekschuurmachine. Om met deze machines te kunnen schuren, heb je schuurpapier, schuurband, schuurspons of een schuurzool nodig.

Er zijn ook andere machines waar je mee kunt schuren. Denk aan een slijptol of een boormachine. De schuurmiddelen die je daarop gebruikt zijn schuurschijven of –borstels.

Wat is schuurpapier?

Schuurpapier is een ondergrond van papier, kunststof of textiel dat bezet is met een hard granulaat. De korreldichtheid kan variëren van P24 tot P12.000. De grove korrel gebruikt men veelal bij ruwe steenachtige oppervlakken en de ultrafijne, voor het polijsten van metaal.

Het materiaal van de schuurkorrel kan bestaan uit scherp zand, glaspoeder en de hardere materialen korund en carborundum. Om een makkelijke afvoer van schuurstof te garanderen, hebben de korrels van schuurpapier dat gebruikt wordt voor machinaal schuren, een grotere onderlinge afstand dan handschuurpapier.

Welke korrel voor welk schuurwerk?

Voor elke soort schuurwerk heb je een andere korrel nodig. Daar waar je voor het verwijderen van oude verflagen het best een grove korrel gebruikt, heb je voor het schuren van nieuw hout, juist een hele fijne korrel nodig. Schuren doe je van grof naar fijn. De korrelgrootte van schuurpapier wordt aangeduid met het aantal korrel per vierkante inch. Hoe lager het getal, des te grover het schuurpapier is.

Werkzaamheden	Te gebruiken korrel	Prijs
Verwijderen van oude verflagen	P40 – P80	Bekijk de prijs
Schuren van nieuw hout	P100 – P120	Bekijk de prijs
Opschuren van oude niet bladderende verflagen	P120 – P150	Bekijk de prijs
Opschuren van oude niet bladderende verflagen	P180 – P220	Bekijk de prijs
Opschuren van nieuwe verflagen	P240 – P340	Bekijk de prijs

Waarom gebruiken we schuurpapier

Schuurpapier gebruiken we om een werkstuk of materiaal een gladder oppervlak te geven en te ontdoen van splinters en onregelmatigheden. Dit kan esthetische redenen hebben, maar ook nodig zijn om een medium, als verf, beter te laten hechten. Verf hecht veel beter op een gladde ondergrond, dan op een oppervlak wat niet met schuurpapier is behandeld. Niet alleen is het eindresultaat veel mooier, doordat de verflaag beter hecht, gaat ze ook langer mee.

Goed schuren, is niet alleen beter voor een glad eindresultaat, maar verlengt ook de levensduur van de kleurlaag. Voordat je gaat schuren, is het wel belangrijk dat je de ondergrond eerst ontdoet van vet en andere vervuiling.

Soorten schuurpapier

Schuurpapier kennen we niet alleen in heel veel vormen, maar ook in verschillende soorten. Grofweg kunnen we een onderverdeling maken in schuurpapier naar:

• de korrelgrootte
• het materiaal
• waterbestendigheid.

De korrelgrootte. Achterop schuurpapier, trouwens ook op de verpakking, zie je altijd een P-aanduiding, bijvoorbeeld: P40. De P in deze aanduiding, staat voor het Engelse woord ‘ Particles’ oftewel, deeltjes. Het nummer achter de P, geeft het aantal ‘deeltjes’ aan per vierkante inch. In het geval van P40 schuurpapier, zitten er 40 korrels op een vierkante inch.

Elke korrelgrootte draagt zijn eigen specifieke eigenschappen. Zo is korrel P40 uitermate geschikt om oude verflagen te verwijderen en beschadig je met P240 op een delicate wijze, alleen het oppervlak.

Het materiaal. Het woord schuurpapier zou kunnen doen vermoeden dat schuurpapier, alleen van papier gemaakt kan zijn. Dit is niet het geval. Het hangt er helemaal vanaf, waar de schuurkorrel op is aangebracht. Schuurkorrels die op textiel zijn aangebracht, noemen we schuurlinnen. Daarnaast kennen we schuursponzen en schuurschijven.

Waterbestendigheid. Waterbestendig schuurpapier noemen we ook wel waterproof schuurpapier. Dit is een met lijm behandelde papiersoort, anders zou door het contact met water, uit elkaar vallen. De ondergrond voor de korrel kan ook van linnen of kunststof zijn. Met waterproof schuurpapier kun je, zowel nat, als droog schuren. De reden om nat te schuren, is dat je door de aanwezigheid van het water, met het schuurstof geen krassen op het oppervlak kunt maken. Zo krijg je sneller het gewenste resultaat van je schuurinspanning. Nat schuren, wordt veel toegepast op metalen. In principe is dit de eerste stap naar polijsten.

Schuurpapier voor hout

Elk bouw- of constructiemateriaal heeft zijn eigen specifieke hardheid en afgifte van fijnstof. Hout bijvoorbeeld, geeft bij een eerste schuurbeurt grove deeltjes en splinters. Voordat je hout gaat schuren, kijk je eerst naar de staat waarin het verkeert.

• Gaat het om oud of nieuw hout?
• Gaat het om een harde of zachte houtsoort?
• Zitten er verfresten op het hout?
• Vraagt het hout om een reparatie met houtvuller?

Aan de hand van je bevindingen, kun de je juiste korrel schuurpapier kiezen.

• Verwijderen van oude verflagen, opschuren van ruwe planken of harde houtsoorten: P40 – P80.
• Nieuw hout en zachte houtsoorten: P80 – P120.
• Opruwen van niet bladderende oude verflaag: P120- P150.
• Opruwen van goede, nog niet zo oude verflaag: P180 – P220.

Schuurpapier voor beton

Soms kan het nodig zijn een betonnen of gepleisterde ondergrond op te schuren. Dit kun je handmatig of met een machine doen. Schuurpapier met een grove korrel is het best geschikt voor beton. Beton behoort tot de hardere materialen. Je gebruikt hiervoor het best een grof schuurmiddel. Korrel P40 – P80 voldoen prima voor betonnen oppervlakken. Bij het schuren van beton gebruikt men tevens veelal water. Het zorgt ervoor dat het schuurstof makkelijk kan worden afgevoerd en het schuurmiddel niet opwarmt. Schuurpapier dat warm wordt, slijt sneller en daar zit je niet op te wachten.
Ook stucwerk schuurt men vaak, voordat het geschilderd of behangen wordt, lichtjes op. Ook dit kan zowel nat als droog. Omdat gladde stuuk veel fijner is van structuur, neem je hiervoor het best schuurpapier met een korrel van P120 en fijner.

Schuurpapier voor geverfde oppervlakken

Ondergronden met een gebladderde verflaag zit, moet je eerst volledig van alle verf ontdoen. Afhankelijk van de ondergrond, doe je dit met oplosmiddelen, een verfstripper en een krabber. Daarna schuur je met een grove korrel P40 – P60 alle resterende verfresten weg. Het nu schone, maar nog ruwe hout, schuur je met een nog fijnere korrel P180 – P220, tot je de gewenste gladheid bereikt hebt. Vervolgens schuur je na elke (onder)laag verf, het oppervlak lichtjes op met korrel P240 – P320. In principe hoef je alleen de onderliggende verflaag maar te ‘beschadigen’ om de volgende goed te laten hechten.